dinsdag 8 oktober 2013

CFP: Museum en universiteiten - samen de 19de eeuw opzoeken?

Museum en universiteit - samen de 19e eeuw opzoeken?
 
Wanneer: 31 januari 2014
Waar: RKD, Den Haag
Deadline indienen voorstel workshoppresentatie: 28 oktober 2013
 
In 1999 organiseerde The Clark Institute het congres The Two Art Histories: The Museum and the University. Tijdens dit symposium en in de daaruit voortvloeiende publicatie van Charles Haxthausen (2002) werden de vaak gespannen verhoudingen onderzocht tussen de twee voornaamste exponenten van de kunsthistorische discipline: het museum en de universiteit. Daarbij werd duidelijk dat – enigszins gechargeerd – in het museale veld de mening leefde dat men de kunstgeschiedenis aan de universiteit alleen nog maar vanuit een theoretisch oogpunt benaderde, zonder aandacht voor de esthetische aspecten van het object, terwijl academici juist meenden dat musea langzaam maar zeker afgleden naar het niveau van een loutere entertainmentindustrie en alleen maar geïnteresseerd waren in omzet en publiek, zonder zich te bekommeren om innovatief onderzoek. Opmerkelijk is dat de vragen die toen actueel waren, nu – bijna 15 jaar later – nog steeds relevant zijn, zoals onder meer blijkt uit het onlangs verschenen KNAWrapport (Verschilzicht. Beweging in het kunsthistorisch onderzoek in Nederland): hoe resulteren de uiteenlopende agenda’s en onderzoekstradities van musea en universiteiten in verschillende benaderingen van hetzelfde onderzoeksveld? En in hoeverre beïnvloeden institutionele factoren – met als allerbelangrijkste, de zoektocht naar geld en publiek aan de ene zijde en de nood aan innovatieve (of als innovatief gepercipieerde) onderzoeksoutput aan de andere – de verhalen die verteld worden in een tentoonstelling of in een academische publicatie? 
 
Op 31 januari 2014 organiseren ESNA en de werkgroep XIX, in samenwerking met het RKD, een studiedag rond dit thema, waarin enerzijds de uiteenlopende museale en academische omgang met de beeldende kunst van de negentiende eeuw aan de orde wordt gesteld en anderzijds gepoogd wordt om toekomstige samenwerking tussen beide spelers te bevorderen. In de ochtend organiseren we een plenaire sessie waarbij onder meer Chris Stolwijk, directeur van het RKD vanuit zijn museale - en Werner Adriaenssens, professor aan de Vrije Universiteit Brussel, vanuit zijn universitaire achtergrond de verschillen tussen beide benaderingen zullen belichten maar ook de mogelijkheden van verdere samenwerking zullen onderstrepen. De namiddag is gereserveerd voor een aantal interactieve workshops van 30 minuten waarin een spreker zijn of haar onderzoek(sidee), tentoonstelling(sconcept) of project presenteert aan een kleine groep collega’s, die zowel afkomstig zijn uit het museale als uit het academische veld. Deze workshops creëren de gelegenheid om collega’s te laten meedenken en feedback te krijgen, in het bijzonder met het oog op een potentieel nauwere samenwerking tussen museum en universiteit rond het voorgestelde project. Elke workshop begint met een korte introductie (5 minuten) van de spreker van zijn of haar onderwerp, waarna het verder in groep besproken wordt. 
 
Mocht u een onderzoek(sidee), tentoonstelling(sconcept) of project willen voorstellen dat potentieel voordeel zou hebben bij een nauwere samenwerking tussen universiteit en museum, dan kunt u een kort voorstel (zie bijgevoegde richtlijnen) indienen bij Mayken Jonkman (jonkman@rkd.nl), Rachel Esner (r.esner@uva.nl) en/of Jan Dirk Baetens (j.baetens@let.ru.nl).
 
Richtlijnen voor het presenteren van een workshop
Een workshop bestaat uit een interactieve sessie van 30 minuten waarin een spreker zijn of haar onderzoek(sidee), tentoonstelling(sconcept) of project presenteert aan een kleine groep collega’s, die zowel afkomstig zijn uit het museale als uit het academische veld. Deze workshops creëren de gelegenheid om collega’s te laten meedenken en feedback te krijgen, in het bijzonder met het oog op een potentieel nauwere samenwerking tussen museum en universiteit rond het voorgestelde project. 
Elke workshop begint met een korte introductie (5 minuten) van de spreker van zijn of haar onderwerp, waarna het verder in groep besproken wordt. Wanneer voldoende deelnemers zich hebben opgegeven, dan zal de workshop twee keer gegeven worden.
 
Deadline indienen voorstel workshoppresentatie: 28 oktober 2013
 
De abstract voor de workshop bestaat uit:
1. Een titel, die de belangrijkste vragen en ideeën die u aan de orde wilt laten komen tijdens de workshop, reflecteert.
2. Een korte beschrijving van 150-250 woorden met een uiteenzetting van uw stelling in drie korte vragen of punten, die moeten leiden tot een enthousiaste discussie gedurende de workshop. Een te algemene stelling kan leiden tot een eenzijdige presentatie en weinig discussie. Mocht u hulp nodig hebben, neemt u dan contact op met de organisatoren.
3. Een korte biografie (max. 150 woorden) van uzelf.
4. 1 of 2 afbeeldingen die te maken hebben met uw onderwerp van zodanige kwaliteit dat ze op internet gepubliceerd kunnen worden.
 
Nadat we uw abstract hebben ontvangen, hoort u binnen enkele weken of uw abstract is geaccepteerd. 
 
Presentatie
1. De workshop duurt 30 minuten. De introductie mag niet langer zijn dan 5 minuten, waardoor er 25 minuten overblijft voor discussie met uw collega’s.
2. Belangrijk is dat u een heldere en intrigerende vraag stelt gedurende uw presentatie die tot discussie zal leiden. Volg de punten of vragen die u in uw stelling hebt geformuleerd. Met andere woorden, probeer een reactie uit te lokken.
3. De workshops zullen worden gehouden op een locatie waar het niet mogelijk is om een powerpoint presentatie te geven en waar geen internet verbinding aanwezig is. Wilt u gebruik maken van afbeeldingen dan zijn hand-outs aangewezen.
 
Daarna
Graag ontvangen wij een korte samenvatting van de resultaten en/of een weergave van de meest interessante punten van de discussie. Deze zullen we publiceren via de website van de onderzoeksschool kunstgeschiedenis en de blog van Werkgroep XIX. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten