woensdag 26 november 2014

ESNA winter seminar 2015 - 30 januari 2015


ESNA winter seminar 2015 (mainly Dutch spoken)
30 januari 2015, 13-17u
RKD, Prins Willem-Alexanderhof 5, 2595 BE Den Haag


Zie ook: https://esnaonline.wordpress.com/announcements/conferences/


In vervolg op de geslaagde middag over de samenwerkingsmogelijkheden tussen musea en universiteiten (31 januari 2014), organiseert ESNA opnieuw een studiemiddag.
Nu willen we met elkaar van gedachten wisselen over de laatste methodologische kwesties binnen het onderzoek over de 19de eeuw. Opnieuw nodigen we onderzoekers uit van zowel universiteiten als musea.

In de afgelopen decennia heeft het gebied van de kunstgeschiedenis, altijd al multidisciplinair van karakter, vruchtbaar gebruik kunnen maken van nieuw ontwikkelde methodologie uit culturele studies, mediastudies en esthetica. Hiervan is de socio-economische contextuele benadering in Nederland het meest populair, getuige een groeiend aantal studies over kunstmarkt en de wereld van de kunstenaar sinds de jaren 90. De samenhang tussen het kunstwerk en politiek werd in april 2014 onderzocht in het symposium The Artwork Exposed. Receptie-esthetische benaderingen, in het bijzonder analyses van de mediale kanten van het kunstwerk en de rol van de kunstenaar als mediapersoonlijkheid geven nieuwe inzichten in de 19de-eeuwse kunstgeschiedenis, zie onder meer het symposium The Mediatization of the Artist in juni 2014. Kwesties van gender blijven onverminderd relevant en maken deel uit van het huidige onderzoek naar beeldhouwers bij de Universiteit van Gent en het RKD. Recent worden in de histoire croisée de traditioneel nationale contouren van het kunsthistorisch onderzoek verlegd naar een globaler podium, met daaruit voortvloeiende paradigmawisselingen. Zie bijvoorbeeld de sessie National Histories of Art beyond the Nation’s Borders, aangekondigd voor het AAH congres in Norwich van 2015 (CFP op de ESNA website). Ten slotte creëert digital humanities nieuwe gezichtspunten; de toepassing van netwerk-databases bijvoorbeeld leidt tot nieuwe onderzoeksvragen. Bij al deze benaderingen moeten we ons afvragen: wat hebben ze ons te bieden?

De traditionele kunsthistorische aanpak fungeert intussen nog steeds uitstekend, in het bijzonder in tentoonstellingen en publicaties voor een grotere groep lezers. Denk daarbij aan de biografische benadering, de analyse van een object, de stilistische ontwikkeling binnen een oeuvre en de historische positiebepaling. Maar opnieuw is de vraag: wat levert het op voor de voortgang van ons onderzoeksgebied?

Een derde methodologische kwestie vormt de recente kunstgeschiedschrijving zelf: nu we in ons onderzoek steeds meer nationale grenzen overschrijden, is het des te opvallender dat veel methodologisch vernieuwend onderzoek zich richt op de Franse 19de-eeuwse kunstgeschiedenis. Lopend promotieonderzoek biedt een aantal voorbeelden: Camelia Errouane bekijkt de politieke connotaties van de decoraties in de mairies van Parijs, Maite van Dijk onderzoekt de ontvangst in de Franse pers van buitenlandse schilderijen ingezonden op de Salon des Indépendants en Mayken Jonkman volgt Nederlandse kunstenaars naar Parijs. Domineert de Franse kunst nog steeds de 19de-eeuwse kunstgeschiedenis, en welk aandeel hebben Amerikaanse kunst- en cultuurhistorici in deze trend? Hoe eenkennig zijn wij, methodologisch gezien?

Aan de hand van een aantal korte presentaties, zullen we discussiëren over de doelmatigheid en reikwijdte van diverse onderzoeksmethoden. Daarnaast stellen we de vraag hoe we nieuwe benaderingen kunnen implementeren in tentoonstellingen en publicaties voor een groter publiek.
NB. Het spannende en omvangrijke gebied van digital humanities laten we voorlopig buiten beschouwing; dit zal het thema worden van de ESNA studiemiddag 2016.

Programma
13u: inloop en registratie
Welkom en inleiding: Dr. Jenny Reynaerts (Rijksmuseum)
13.30-13.50u: Prof. dr. Saskia de Bodt (Universiteit Utrecht):
‘Per definitie interdsiciplinair’
13.50-14.20u: Prof. dr. Wessel Krul (Rijksuniversiteit Groningen):
Hoe Nederlands is de Nederlandse kunst? Hippolyte Taine en de gevolgen
14.20-14.50u: Discussie en thee
14.50-15.10u: Dr. Jan Dirk Baetens (Radboud Universiteit):
Het falen van/in de kunstgeschiedenis: pleidooi voor een kunstgeschiedenis van mislukking en mislukkelingen
15.10-15.30u: Dr. Rachel Esner (Universiteit van Amsterdam):
The Artist and 19th-Century ‘New’ Media
15.30-15.50u: Drs. Maite van Dijk (van Gogh Museum):
De ontvangst van buitenlandse inzendingen op de Salon des Indépendants
15.50-16.15u: discussie
16.15-17.00u: borrel

De kosten voor deelname bedragen € 15,00 ter plekke te betalen.
Wegens het aantal beschikbare plaatsen verzoeken wij u zich op te geven tot 15 januari 2015 op Esnaonline@hotmail.com, ovm Studiemiddag 2015